Stagebegeleiding is niet enkel een verplichting van de onderwijsinstelling, maar ook van de stage-instelling. Die combinatie blijkt nogal eens voor storingen te zorgen. In de afgelopen jaren zijn met regelmaat gerechtelijke uitspraken verschenen waaruit blijkt dat het nogal eens mis gaat.

Verantwoordelijkheid voor stage van onderwijsinstellingen, student en stageverlener

Onderwijsinstellingen dragen de verantwoordelijkheid voor het gehele onderwijs van hun studenten. Uitgangspunt is dat zij ook de verantwoordelijkheid dragen voor de beroepspraktijkvorming. De onderwijsinstellingen zorgt dus dat een geschikte stageplaats beschikbaar is en dat de student voldoende begeleid wordt.

Maar niet alleen de onderwijsinstelling heeft verplichtingen. De student moet zich tijdig inschrijven voor een stage, zodat de onderwijsinstelling voldoende tijd heeft om een geschikte plaats te vinden voor de student.

Ook vanuit de stagewerkgever dient begeleiding aanwezig te zijn.

Enkele voorbeelden van onvoldoende stagebegeleiding

Bekend is de zaak waarbij een studente van een hogeschool een procedure is gestart omdat zij een onvoldoende had gekregen voor haar stage bij een uitzendbureau. Door deze onvoldoende moest zij een nieuwe stage lopen en daardoor liep zij zeven maanden studievertraging op. Volgens de studente had de hogeschool haar onvoldoende begeleid tijdens de stage.

De rechter wees er op dat een onderwijsinstelling studenten dient te begeleiden bij een te volgen stage en dat wanneer een stage moeizaam verloopt deze begeleiding intensiever zal moeten zijn. Bovendien moeten studenten de mogelijkheid krijgen zich gedurende de stage te verbeteren om een onvoldoende te kunnen voorkomen. Nu de hogeschool niet kon bewijzen dat zij adequate begeleiding aan de studente had gegeven en/of voldoende waarschuwingen aan de studente had afgegeven dat zij op een onvoldoende afstevende, oordeelde de rechtbank dat de hogeschool haar verplichtingen niet is nagekomen. De hogeschool moest de kosten voor een extra studiejaar en de gederfde inkomsten uit arbeid gedurende zeven maanden aan de studente betalen.

In een andere aangelegenheid heeft de rechtbank geoordeeld dat een hogeschool niet heeft gehandeld zoals van een hogeschool mag worden verwacht. De hogeschool had er bij het begin van de stage van de student onvoldoende op toegezien dat hij die stage goed voorbereid zou beginnen. Daarna heeft de hogeschool de student te lang laten “doormodderen” zonder in te grijpen. Ook had (de examencommissie van) de hogeschool onrechtmatig gehandeld door zonder goede reden te beslissen dat de student geen nieuwe stage meer mocht beginnen. De rechter achtte de hogeschool aansprakelijk voor twaalf maanden studievertraging, schoolgeld en een bedrag aan extra studiekosten. De student kreeg duizenden euro’s schadevergoeding toegewezen.

Het College van Beroep voor het Hoger Onderwijs (CBHO) heeft zich eveneens over deze materie uitgelaten. Uit de uitspraken van het CBHO blijkt – onder meer – dat een onderwijsinstelling onzorgvuldig handelt wanneer een student tijdens zijn stage geen tussentijdse beoordelingen krijgt waardoor de student geen kans heeft zich tijdens de stage te verbeteren. Als de stage dan voor het einde wordt stopgezet is dat onrechtmatig.

In een andere kwestie heeft het CBHO geoordeeld dat een onderwijsinstelling onzorgvuldig handelt wanneer zij niet voortvarend en efficiënt omgaat met verzoeken om stagebegeleiding van een student, ook bij het indienen van een afstudeeraanvraag. 

Zorgplicht stage-instelling

Ook het stagebedrijf gaat verplichtingen met een stagiair aan met als kernverplichting om de stagiair voor de afgesproken periode een stageplaats aan te bieden. Het komt helaas regelmatig voor dat een stage-instelling een stagiair meer ziet en behandelt als een werknemer, terwijl zulks niet het geval is. In veel stageovereenkomsten en afstudeerovereenkomsten zijn bepalingen opgenomen die de wederzijdse rechten en verplichtingen weergeven.

Studievertraging door onvoldoende begeleiding voor rekening onderwijsinstelling

Een voortijdige beëindiging van de stage heeft – in de regel – direct (substantiële) studievertraging tot gevolg en reeds hierom mogen aan voortijdige beëindiging van de stage dan ook hoge eisen worden gesteld. Wanneer de stage zonder goede reden voor het einde wordt stopgezet lijdt de student schade. De student is immers de kans ontnomen zijn stage af te ronden en af te studeren. Hierdoor zal de student noodgedwongen een nieuwe stage moeten beginnen en zijn afstuderen is daardoor vertraagd. Onder schade wegens studievertraging wordt verstaan de schade die optreedt doordat de student vanaf een later moment op de arbeidsmarkt actief zal zijn. In de periode dat de studie uitloopt, derft de student het salaris dat hij zou hebben verdiend in een startersfunctie. Krachtens vaste rechtspraak komen deze gederfde inkomsten als vermogensschade voor vergoeding in aanmerking. Dit bedraagt duizenden euro’s.

Een zorgvuldige stagebegeleiding van de student is van groot belang voor zowel de onderwijsinstelling als ook het stageverlenend bedrijf. Wanneer fouten worden gemaakt in de stagebegeleiding kunnen stages mislukken, met grote gevolgen voor de student. 

Meer informatie
Krijg jij ook onvoldoende begeleiding tijdens je stage? Of is jouw stage mislukt door slechte of gebrekkige begeleiding? Onze specialisten Onderwijsrecht kunnen er vaak iets aan doen. Neem vrijblijvend en rechtstreeks contact op met onze Vakgroep Onderwijsrecht. Mail hiervoor naar: karmiris@honoreadvocaten.nl, vanrens@honoreadvocaten.nl of bel: 030 214 51 50.